Terug naar de Dino’s !

Terug naar de Dino’s !

image

 

Het Dinosaurus thema

Dit thema is altijd weer een zeer aansprekend thema in een (kleuter)groep. Dino’s spreken tot de verbeelding en welk kind heeft er nu niet een knuffel of speelgoed-dino in zijn of haar collectie.
In de bouwhoek zitten bij ons dan ook standaard een aantal dino’s tussen het wereldspel-materiaal.
Maar wat doe je met dit thema in de klas?
Lees hieronder hoe wij dit hebben aangepakt.

 

Verschillende onderdelen binnen het thema

Dit jaar hadden we het groots aangepakt en er een compleet thema aan gewijd. Dat betekent in ons geval 4 weken lang (met een eventuele 5e uitloopweek) alles in het teken van Dinosauriërs. 

Onze groep bestond uit 11 jongens en 4 meisjes maar allemaal vonden ze dino’s erg interessant. We kregen dan ook zeker die weken wel gevuld. Ideaal dus om allerlei onderdelen van dit thema uit te diepen.

  • We gingen bijvoorbeeld praten over de archeoloog, wat die doet en hoe die dat doet.
  • Zelf natuurlijk dingen ontdekken en schatten zoeken in het zand en in ijs.
  • We gingen praten over dino-baby’s die uit een ei komen en welke dieren er nog meer uit een ei komen.

fossielen_in_ijs

 

 

 

 

  • Praten over dino-soorten en die maten vergelijken met allerlei andere dingen. Voorwerpen vergelijken met elkaar dus.  Bijvoorbeeld: hoe lang waren de Dino’s en hoeveel kinderen is dat achter elkaar?
  • We gingen praten over skeletten en botten van dino’s, van andere dieren en over de musea waarin je die kunt gaan bekijken. Hoe werkt het eigenlijk in een museum?
  • We gingen praten over camouflage, waarom dat zo belangrijk was in de dino-tijd maar ook hoe de dieren en de mensen dit nog steeds gebruiken.
  • En natuurlijk gingen we praten we over dino’s, de moeilijke namen die ze hebben, wat ze aten en waar ze woonden? Maar vooral ook waarom ze er nu niet meer zijn. Wat een vulkaan, een aardbeving en Lava eigenlijk is. Heel veel gesprekken met nieuwe woorden dus.

Visualiseren in het thema

Tijdens al deze gesprekken komt er enorm veel taal voorbij die we noteren in mindmappen, tekeningen, woordkaarten, en gevisualiseerde leeslessen. Het is voor leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis belangrijk om nieuwe taal te kunnen plaatsen in de juiste semantische netwerken. Losse woorden oefenen heeft weinig nut. Zodra woorden in zinnen en contexten worden aangeboden, in woordwebben of met betekenisvolle context, beklijven ze beter. Visualiseren is dus noodzaak en draagt echt bij aan de taalontwikkeling.

 

Diverse hoeken in het dinothema

Daarnaast werd ons lokaal een echte dino belevenis. De huishoek werd een interactief dinomuseum geworden met een open “vitrinekast” , een speelhoek en een lees- en kijkhoek.

Schatgraven in de zandtafel

De zandtafel is een plek geworden waar de “archeoloog in de dop” kan graven naar schatten en kleine dino’s. We verstopten allerlei kleine dinofiguurtjes en andere dieren onder het zand. Ook verstopten we plastic botten onder het zand. Bij de tafel hingen we een cijfer, dit was het aantal schatten wat gevonden moest worden. Zo werd het meteen een rekenactiviteit.

De Leeshoek en de rekenhoek

De lees en rekenhoek stond vol met woordkaarten, foto’s en tel-materiaal van dino’s. Hier konden de lastige namen van de dino’s of de onderdelen van een dino zoals de staart, de poten en de bek in letters naast een kleuterplaat of op een werkblad worden gestempeld of geschreven. Ook mochten er verhalen of brieven worden geschreven aan de Dinojager.

De dino thematafel

Op de thematafel stonden de spullen waar alleen maar naar gekeken mocht worden (omdat ze te kwetsbaar waren) en natuurlijk de boeken die tijdens die week centraal stonden. regelmatig gebruikten we dit materiaal tijdens kringgesprekken.

De verteltafel

Op de verteltafel konden de verhalen van de dinoboeken nagespeeld worden of kon er vrij worden gespeeld met het natuurlijk materiaal en diverse dinofiguren.

Digitale aanvullingen voor thema dino

Op de iPads bekeken we de dino’s met de app van Albert Heijn in 3D, we speelden een dinospel en we leerden de woorden van de dino’s met een omnidule.

Via het platform Omnidu heb ik deze omnidule zelf gemaakt. De leerlingen oefenden hiermee de woorden die we in dit thema steeds weer gebruikte.
Benieuwd naar deze tool? Ga naar de website www.omnidu.nl en zoek op de naam: Terug naar de dino’s.

Kahoot in het dinothema

Verder speelden we een zelf gemaakte Kahoot over dino’s om te kijken wat we allemaal al wisten over dit thema. Dit deden we aan het begin, maar ook nog een keer aan het eind van het thema. 

Klik hier voor de link naar de Kahoot! Hij is door mijzelf gemaakt voor kleuters, dus met afbeeldingen. (De leerkracht leest de vraag voor en de leerlingen kiezen de juiste afbeelding.)waar_zie_je_een_vleeseter_

 

Aanvulling van de Kleuteruniversiteit

project_KUTijdens deze themaweken werkten we met het project van de kleuteruniversiteit als leidraad. De activiteiten die hierin staan gebruikten we en vulden we aan met extra auditieve oefeningen, filmpjes, concreet materiaal en  de betekenisvolle taalbeleving.

Onze yurlspagina was daarvoor gevuld met filmpjes, spellen en links naar werkbladen en de leerlingenyurls is gevuld met dino-liedjes, dino-filmpjes en dino-spelletjes.

 

Alles om de woordenschat, het coöperatief werken, de beginnende geletterdheid en beginnende gecijferdheid in het thema dino’s te gieten was aanwezig en voorbereid.
Mijn leerlingen hadden aan het eind van dit project dan ook een flink aantal kerndoelen bereikt.

Ben jij trouwens nog op zoek naar dino materiaal voor in je klas of mag je nieuw materiaal bestellen voor het nieuwe schooljaar? Kijk dan eens naar Playmobil in dit thema. Het is onverwoestbaar en prachtig om te zien. Wel duur, maar een goede investering lijkt mij. En de kinderen zijn er dol op.

Onderzoekend leren en verhalend ontwerpen

We gingen ook onderzoekend leren via een verhalend ontwerp. Met de komst van een handpop van een dinosaurus kwam er een probleem in de klas. Dit probleem startte ik op met een brief van een dinojager die hulp zocht en meteen iets vertelde over het nut van camouflage.
Via het verhalend ontwerp bracht ik een onderzoeksvraag in de groep.

Download hier de brief.

 

Korte inhoud van de onderzoeksvraag: 

De Driehoorn zoekt een slaapplek. Zijn hol is ingestort, hij zoekt zijn moeder maar ook een plekje om te slapen met een dak wat niet opnieuw in stort bij een aardbeving. Dit probleem gaan we samen bespreken en een oplossing ervoor zoeken in groepjes. Samen ontdekken wat de beste manier is om iets te bouwen wat niet instort natuurlijk. Ook gaan we bedenken wat de beste manier zal zijn om de moeder te vinden (sporen?) Daarna gaan we dit presenteren aan elkaar.

Aan de slag met thema dino’s

Zoals je ziet hebben wij dit thema in allerlei dimensies uitgewerkt. 
Ook vanuit de ouders kregen we veel reacties over het enthousiasme dat ook thuis doorklonk.
Het was dan een razend succes en er werd maanden daarna nog over nagepraat.
Ben jij ook enthousiast over dit thema?

 

Heb jij nog leuke aanvullingen voor het dinothema?

Laat ze hieronder achter in een reactie!

Onderzoekend leren met kikkers!

Onderzoekend leren met kikkers!

Onderzoekend leren met kleuters

Een tijdje geleden kreeg ik bij mijn ICoach opleiding Van Arno Coenders een uitleg en demonstratie rondom onderzoekend leren met kleuters. Je gaat uit van het natuurlijk leren wat ieder kind in zich heeft, de drang om te ontdekken en zelf dingen uit te zoeken. De vraag was hoe je dit kon vormgeven in je klas, begeleiden en toepassen als een terugkerend iets in je leerstofaanbod. Mijn vraag was vooral: “Hoe doe ik dat met mijn (speciale) kleutergroep?”

Eerder schreef ik over mijn onderzoeksvraag rondom zaadjes in de lente.
Lees hier hoe ik kleuters onderzoek heb laten doen rondom de groei van kikkers.

 

 

Onderzoeksvragen bij kleuters!

Onderzoeksvragen bij kleuters!

Onderzoekend leren

Een tijdje geleden kreeg ik bij mijn ICT opleiding van Arno Coenders een uitleg en demonstratie rondom onderzoekend leren. Je gaat uit van het natuurlijk leren wat ieder kind in zich heeft, de drang om te ontdekken en zelf dingen uit te zoeken. Je start met een onderzoeksvraag.  De uitleg was hoe je dit kon vormgeven, begeleiden en toepassen in je klas als een terugkerend iets in je leerstofaanbod.

Een mooie vraag, maar dan wil ik eerst wat meer weten over de achtergronden.
We kregen een inspirerend filmpje te zien van Education scientist Sugata Mitra uit India die een zeer interessant experiment had gedaan in de sloppen van New Delhi:  The hole in the wall. Wat hij heeft gedaan is zeer inspirerend en fantastisch om te zien.

Hierna ben ik het internet opgegaan en heb meer informatie gevonden over “natuurlijk leren”.

Natuurlijk leren

Enkele quotes van de site “natuurlijk leren
“Natuurlijk leren is leren vanuit de behoefte tot zelfontplooiing (intrinsieke motivatie)”
“Natuurlijk Leren zorgt ervoor dat ieder mens (kind) de leerweg vindt die het meest natuurlijk aansluit bij zijn/haar mogelijkheden en talenten. Intrinsieke motivatie is daarbij een voorwaarde. Daarnaast zorgt een krachtige leeromgeving voor optimale mogelijkheden tot zelfontplooiing”.

Een krachtige leeromgeving is volgens de website van “Natuurlijk leren” een omgeving:

  • waarin veel interacties mogelijk zijn (het sociale aspect van leren).
  • die zo écht mogelijk is (leren in de context)
  • waarin leerlingen kunnen beschikken over de ‘kennisrijkdom’ die in de huidige maatschappij aanwezig is
  • waar docenten erop gericht zijn leren te faciliteren zonder druk uit te oefenen tot leerprestaties 

Deze manier van leren vind je volgens mij ook gedeeltelijk  terug in het model van 21th Century Skills.Model_21e_eeuwse_vaardigheden

21th Century skills

Op de site van Kennisnet kun je ook veel informatie terugvinden over 21th Century skills.

Het schema hierboven  is terug te brengen naar een lijstje wat inderdaad alles dekt op het moment dat je de methodes durft los te laten en durft te gaan werken met kinderen en onderzoekend leren.

Hoe pas je dit toe in een kleutergroep?


Mijn eerste gedachten per onderdeel van bovenstaand schema:

  1. Creatief denken :  Je gaat bijvoorbeeld samen brainstormen over een probleem.
  2. Probleemoplossend vermogen: wat moet je doen om de problemen te bekijken en te overwinnen, bedenk dit samen met je groep of laat ze in groepjes dit bespreken wanneer het zich voordoet.
  3. Computational thinking: dit vind ik een lastige bij kleuters dus deze sla ik even over.
  4. Informatievaardigheden: waar kunnen we informatie vinden, via de iPad of de PC, een boek, een kijkplaat? Geef de kinderen per groepje als het kan ook een Ipad en kijk eens waar ze uitkomen. Je zou nog eens verrast kunnen worden. Vind je dit nog een brug te ver, doe het dan samen met jou  in een begeleide werkvorm per groepje.
  5. ICT basisvaardigheden: hoe zoek je iets op? Gebruik bijvoorbeeld een kinderzoekmachine of de site van kleuterportaal.
  6. Media wijsheid: Samen praten over wat ze zien, is het echt of nep? Hoe weet je dat?
  7. Communiceren: laat ze werken in tweetallen of in groepjes en laat ze samen dingen doen, overleg komt hierdoor spelenderwijs op gang.
  8. Samenwerken: geef ze samen de opdracht en laat ze ook komen tot een gezamenlijk eindresultaat. Geef dit vanaf het begin ook aan als doel van de onderzoeksvraag. Vertel ze dat ze aan het eind van het onderzoek aan elkaar moeten gaan vertellen wat ze hebben gevonden.
  9. Sociale en culturele vaardigheden: het samen overleggen en maken/verzorgen van dingen zal deze vaardigheden ontwikkelen.
  10. Zelfregulering: hoe gedraag je jezelf bij tegenslag of  bij een meninsverschil in je groep.
  11. Kritisch denken: komt logischerwijs vanzelf aan de orde.

Tessa van Zadelhof, van Stichting PRODAS,  zegt hierover in haar opiniestuk op de site van Kennisnet:

“Naar mijn idee vraagt werken aan 21e eeuwse vaardigheden dat je op een andere manier naar onderwijs kijkt. Als leerkracht heb je een nieuwe mindset nodig. Je kijkt en luistert weer echt naar je leerlingen, je kijkt wat er in de actualiteit leeft, je zet technologie (ict) in als het een meerwaarde heeft, integreert vakgebieden en je ontwerpt samen met leerlingen het onderwijs in je klas. Wat willen we leren over dit onderwerp? Wat zijn onze leerdoelen? Op welke manier kunnen we onze doelen bereiken? En dat alles dan het liefst in een betekenisvolle context.”

En vooral dit laatste spreekt mij erg aan:  ICT alleen als meerwaarde en leren vanuit een betekenisvolle context.

Onderzoekend leren in een (speciale) kleutergroep?

Via Arno Coenders kregen wij daarvoor een soort format voor een les over onderzoekend leren met 21th Century Skills. Hij noemt het een SOLE (Self organized Learning Experiment) en het werkt eigenlijk verbazend simpel. Je bedenkt een uitdagende onderzoeksvraag naar aanleiding van je thema, je les of iets wat op dat moment betekenisvol is voor jouw leerlingen. Het kan toegepast worden in groep 1 tot 8.

Er zijn een aantal regels voor een SOLE:

  1. De kinderen mogen in (zelfgekozen) groepjes of tweetallen aan de slag met de onderzoeksvraag.
  2. De groepjes mogen bij elkaar kijken om ideeën op te doen, dit is geen afkijken maar inspiratie opdoen.
  3. Er mag per groepje maximaal 1 iPad of Computer worden gebruikt, de rest van de informatiematerialen mag van alles zijn.
  4. Per groep  geef je een groot papier waarop ze hun onderzoek mogen uitbeelden op wat voor manier dan ook.
  5. De groepjes moeten na afloop hun resultaat (produkt en/of papier) aan elkaar laten zien en vertellen wat ze hebben gevonden of hebben gemaakt.

Voorbeelden van een goede onderzoeksvraag voor de onderbouw:

  1. Hoe zorg je voor een veilig hok voor de kippen zodat de vos hun eieren niet kan stelen?
  2. Hoe komen de boerderijdieren over een sloot? (Maak een opstelling van dieren en een sloot om het uit te beelden).
  3. Hoe groeien kikkers?
  4. Op wat voor ondergrond groeien plantenzaadjes het best?
  5. Wat voor soorten stenen bestaan er allemaal en hoe kan dat?
  6. Wat gebeurt er precies met een boon wanneer die gaat ontkiemen en wat heeft hij nodig?

Voor een midden of bovenbouwgroep pas je uiteraard de vragen aan, bij het niveau van je groep. Je kunt dan vragen bedenken samen met je groep naar aanleiding van een thema uit de methode, een project of een nieuwsitem.

Hieronder zie je mijn uitgewerkte onderzoeksvraag bij kleuters.

sole_tuinkers

Een kort verslag.

Het gesprek over de moestuintjes van AH was het uitgangspunt. Een groot aantal leerlingen was daar thuis al druk mee aan de slag. Dit was het startpunt.  

We hebben daarna samen bedacht waar we iets zouden kunnen vinden over het groeien van zaadjes. “Een filmpje op het digibord juf”, was het antwoord. Dat hebben we dus eerst bekeken via onze Yurlspagina.

Het gesprek heb ik daarna ietwat gestuurd naar het zand van de moestuintjes en mezelf hardop afgevraagd of ik ook wat anders in de bakjes zou kunnen stoppen.
Ik wilde dit vanuit de kinderen laten komen maar het bleek dat dit toch enigszins aangedragen moest worden.
De verschillende materialen had ik in de kring voor mij liggen. De moestuintjes met tuinkers, de watjes, de sponsjes en de stukken papier.
Naar aanleiding van de vraag heb ik eerst een stemmingsronde gehouden over wat ze zelf dachten dat het beste zou groeien.
Dit heb ik verbeeld met een grafiek. Na dit gesprek gaf ik ze een bak per groepje en moesten ze hun zaadjes planten in vier bakjes met verschillende ondergronden.
Dit heb ik wel per groepje begeleid. Daarbij kregen ze een schema met wie er op welke dag een foto mocht nemen en water mocht geven.
De kinderen waren enthousiast en dachten eigenlijk allemaal dat alleen zand goed genoeg zou zijn voor de zaadjes om te groeien.
Een aantal kinderen (de helft) durfde ook te gokken op de watjes. Waarschijnlijk door eerdere ervaring?
Gaandeweg de week kwamen de verwondering en de vragen op gang. Waarom groeide er bij de ene groep meteen al iets en bij de andere niets? Wat gebeurde er bij teveel water, en wat bij te weinig water? Wat groeide meteen goed en wat totaal niet?

En hier wat foto’s van het onderzoek

Het heeft een week geduurd.Foto 05-04-16 12 46 21 Hiernaast zie je de bak die ik per groepje op de tafel had staan en het schema waarop ze konden lezen wie er elke dag aan de beurt was om een foto te maken en water te geven.20160406_104555

 

 

Op de klassendeur hing ik elke dag een foto erbij van het verloop van de groei van de zaadjes.

De kinderen hadden op deze manier dus geen groepspapier  waarop ze iets uitbeelden maar een fotoserie.

 

Tijdens de presentatie waren de kinderen wat onwennig.
Ze moesten vertellen wat er gebeurd was en wat ze ervan hadden geleerd. Wat vonden ze vreemd en wat wilden ze er nog meer over kwijt? Ik heb hiervan een  visualisering gemaakt.
Ons woordcluster van LOGO3000 (zich afvragen-onderzoeken-ontdekken) kwam meteen mooi terug in dit onderzoek.

Mijn mening over onderzoekend leren

Je begrijpt wel dat  deze werkvorm mij ontzettend aanspreekt.

De kinderen waren betrokken, we hebben veel taal gebruikt en het presenteren aan elkaar ging verrassend goed voor een eerste keer.
Een aantal collega’s in andere bouwen hebben het ook uitgeprobeerd en hun reacties:
“Wauw, de kinderen waren allemaal super betrokken”
“Een groep leerlingen vroeg meteen wanneer we het weer gingen doen, want dit was véél leuker dan uit boeken leren”.
“Wat een samenwerking en wat een betrokkenheid”

Je snapt het al, we gaan hier zeker mee verder.
Heb jij het ook wel eens uitgeprobeerd in jouw groep? Ik zeg zeker doen! Laat het los, doe een stapje achteruit en kijk wat er gebeurt.
Je zult versteld staan.

20160413_142051.jpg

Ga jij al aan de slag met onderzoekend leren?

Laat hieronder jouw ideeën achter

Jippie, de lente is er weer.

Jippie, de lente is er weer.


Jippie Lente!

 

Wat is het toch elk jaar heerlijk wanneer de lente weer is begonnen.

Alles en iedereen lijkt er vriendelijker uit te zien. Buiten zie je de natuur wakker worden en in de klas kun je hier natuurlijk heerlijk op inspelen. De lente is bij uitstek het jaargetijde waarmee je verschillende kanten op kunt gaan.

 

 Wij hebben er dit jaar voor gekozen om het “kabouterpad Lente” van de Kleuteruniversiteit te doorlopen.

Dit is een heel leuk en divers project van Juf Janneke van Kammen. Het kost €6,95 maar dat is het zeker waard. 
We passen de vorm echter wel een beetje aan bij onze groep.

Aanpassing voor onze groep

Zo gaan we het pad niet in èèn dag of tijdens een excursie lopen maar hebben we ervoor gekozen om in drie weken tijd steeds per keer  een nieuwe kaart te behandelen van het kabouterpad.

Kabouter Klaas laat ze achter in onze klas als een soort post. Vergelijkbaar met het project Wouter Kabouter van Henrike van den Hurck komt er dus een kabouter op bezoek, die de kinderen niet zien maar die steeds post achter laat.
Via de kaarten komt er telkens een nieuw aspect van de lente aan bod wat we die dag, of een aantal dagen, verder uitwerken met een zoektocht, een prentenboek of een andere activiteit.

We kiezen de kaarten passend bij de gebeurtenissen van de leerlingen thuis en op school.

We proberen hiermee zo veel mogelijk aan te sluiten bij de belevingswereld van de kinderen. Dit kan er toe leiden dat je af en toe je schema moet omgooien maar dit is juist goed. Betekenisvolle taal is erg belangrijk voor kinderen met een TOS. (Taalontwikkelingsstoornis)
En de kaarten kunnen gewoon in een zelf gekozen volgorde aan bod komen, dus dat gaat prima samen.

Zo zijn we begonnen met het startverhaal om kennis te maken met Kabouter Klaas.

Daarna hebben we gebrainstormd in een woordveld over wat we al wisten van de lente.
Het mooie van de projecten van de Kleuteruniversiteit is dat ze altijd uitgaan van prentenboeken of een mooi verhaal. Wij zijn, als taalschool, natuurlijk niet voor niets fan van de kleuteruniversiteit.

De tweede kaart van Kabouter Klaas ging over knoppen in een tak.

Alles groeit en langzaam komen de takken ook weer in bloei, ook op onze speelplaats. Dat vraagt om een gesprekje over zaadjes, knoppen en moestuintjes. De rest van de week stond  in het teken van zaadjes planten en een onderzoeksvraag over welke ondergrond nu het beste zou zijn voor de zaadjes.

Een onderzoeksvraag met een SOLE.

Over het gebruik en de theorie rondom een SOLE vertel ik in mijn blog: onderzoekend leren met kikkers meer. Bij deze een eerste indruk.

Het principe van een SOLE:

Je bedenkt samen met de kinderen een onderzoeksvraag over een onderwerp van je thema en gaat dit uitvoeren, evalueren en presenteren met je groep.

We hebben , na ons gesprek over zaadjes, moestuintjes en wat erin zou moeten, dus ook per groepje een kweekbak met vier verschillende ondergronden gemaakt en tuinkers erin gezaaid.

Daarbij een roostertje wie er op welke dag een foto mag maken van de voortgang en wie er water mag geven.

De eerste keer met een gieter maar dat gaf bijna wat verdronken potjes dus daarna maar verder gegaan met de plantenspuit. 🙂

Het overzicht op de klassendeur

De foto’s, met daarop de voortgang in beeld,  komen op de klassendeur.

De kinderen komen elke dag vol verwachting binnen, ze zijn erg enthousiast en natuurlijk komt er tussendoor heel veel taal aan te pas, bij het bespreken en bekijken van elkaars resultaten.

Na een week gaan we als groepje aan elkaar presenteren wat de kweekbakken hebben geproduceerd en natuurlijk het antwoord op de vraag proberen te krijgen…op welke ondergrond is het zaad het best gegroeid?

En we gaan natuurlijk nog veel meer doen rondom de lente. Kabouter Klaas zal in zijn post ook nog terugkomen op onder andere kikkerdril, de kinderboerderij, de jonge dieren, enz.

Ga jij ook op onderzoek?

  Wat ga jij doen in deze lente periode?
Laat het mij weten in een reactie hier beneden!

Wil jij creatief aan de slag met taal en digitale tools?

Bekijk dan al mijntrainingen in de Digitaalspeciaal Online Academy!

Volg vanuit je eigen huiskamer op jouw eigen tempo en tijdstip mijn online trainingen en masterclasses.

Via deze mailinglijst ontvang je meteen een kortingscode waarmee je kortingen kunt krijgen tot 50%!
Ook ontvang je als eerste het laatste nieuws over de Digitaalspeciaal Online Academy.

Bedankt! Je bent succesvol ingeschreven. Ik beloof je dat ik je niet ga spammen, wil je echter toch uitschrijven dan kan dat natuurlijk altijd onderaan elke mail. Bij Gmail en Hotmail komen mijn mails vaak in SPAM terecht. Wil geen enkele mail missen? Voeg mijn mailadres dan toe aan jouw lijst met vertrouwde contacten of bij Gmail aan de mailbox Primair. Groet, Marita

Pin It on Pinterest